Gelukkige kinderen

Al eerder schreef ik over het opmerkelijke nieuws dat Nederlandse kinderen volgens het Unicef de gelukkigste kinderen van de hele wereld zijn. Blijkbaar doen we toch iets goed!

Hoe kijken buitenlanders daar tegen aan? Een interessante analyse is te lezen in de blog van Rina Mea Acosta, een Amerikaanse freelance schrijver, die nu in Nederland woont. Zij geeft een aantal verklaringen waarom onze kinderen zo gelukkig zijn.

Hieronder een vertaling / samenvatting van deze post.

  1. Nederlandse ouders zijn zelf ook gelukkig.
    Dat komt onder andere omdat in Nederland het welzijn van de bewoners serieus neemt.  En kinderen van gelukkige ouders hebben de neiging om zelf ook gelukkiger te zijn.
  2. Nederlandse moeders worden niet depressief.
    In vergelijking met veel andere landen kunnen Nederlandse moeders vaker hun eigen keuzes maken, op het gebied van werken (niet, part-time of full-time), geloof, keuze van partner en andere belangrijke dingen.
  3. Nederlandse vader zijn ook daadwerkelijk  betrokken bij huishouding en opvoeding van kinderen; meer dan in vergelijkbare landen.
  4. Nederlands kinderen ervaren weinig druk en stress.
    Kinderen op de basisschool hebben zelden huiswerk en hebben veel tijd om na school te spelen. Dat is in landen als Amerika en Japan wel anders.
  5. Samen ontbijten
    Ontbijten is goed en samen ontbijten is nog weer veel beter. Er schijnen weinig landen te zijn waar de kinderen zo vaak in gezinsverband ontbijten.
  6. Nederlandse kinderen worden gezien en gehoord en er wordt naar geluisterd.
    En ook daar worden de kinderen gelukkig van, volgens mevrouw Acosta.
  7. Oma
    In veel Nederlandse gezinnen speelt oma (en opa ook?) een belangrijke rol. Vaak verzorgen ze één dag kinderopvang per week. Goed voor de kinderen en ook goed voor de ouders. En wat goed is voor de ouders, is ook weer goed voor de kinderen.
  8. Kinderbijslag en toeslag voor kinderopvang helpen ook weer om kinderen gelukkiger te maken.

Nederland Wereldkampioen!

Opmerkelijk goed nieuws, dat opmerkelijk weinig aandacht kreeg. Woensdag 10 april (2013) was er een klein berichtje te lezen op nos.nl over de uitkomsten van onderzoek door UnicefNederlandse kinderen zijn het ‘gelukkigst’.

Nederlandse kinderen zijn al jaren het gelukkigst, dat zegt Unicef. De kinderrechtenorganisatie onderzocht hoe het met kinderen in Europa en Noord-Amerika gaat. Net als vijf jaar geleden staat Nederland bovenaan.
De onderzoekers keken onder andere naar gezondheid, veiligheid, scholen, gedrag en hoe mensen wonen. Nederlandse kinderen hebben meestal de spullen die ze nodig hebben, krijgen goed onderwijs, hebben het minst vaak overgewicht en de meeste kinderen drinken geen alcohol.

Alsof Nederland wereldkampioen is geworden, en dan ook nog in iets dat echt belangrijk is!  Want dit gaat om onze kinderen en dus ook om onze toekomst. Wat kan er nog belangrijker zijn? Blijkbaar doen we toch iets goeds!

Opmerkelijks is ook hoe weinig aandacht dit geweldige positieve nieuws krijgt van de Nederlandse pers. De Volkskrant beperkt zich tot een klein artikeltje waarin buitenlandse kinderen op een internationale school in Nederland worden geïnterviewd. De Gelderlander concentreert zich op de vraag waarom Duitse kinderen zo laag scoren. Het Algemeen Dagblad heeft er een heel kort berichtje over, waarin ze stellen: “Het welzijn van kinderen heeft invloed op ontwikkelingen op latere leeftijd, zoals werkloosheid, drugs- en alcoholgebruik en betrokkenheid bij misdaad”.  Ik neem aan dat het een gunstige invloed is, maar dat laat het AD in het midden. De Telegraaf schrijft letterlijk hetzelfde korte berichtje.

Het is natuurlijk ook moeilijk voor de pers om met dit positieve nieuws om te gaan. Jarenlang heeft men de indruk gewekt dat alles fout gaat in Nederland en dat Nederland aan de rand van de afgrond staat. Dan kun je niet zo maar ineens melden dat het blijkbaar toch wel goed gaat in Nederland.

En vergeet ook niet dat we, volgens kranten, radio en tv, dagelijks met allerlei heftige rampen worden geconfronteerd: we kunnen soms uren lang geen geld uitgeven vanwege storingen bij de bank, de OZB stijgt, een bestuurder maakt zicht schuldig aan “de schijn van belangenverstrengeling”, door de bezuinigingen moeten we een orkest opheffen en meer van dit soort 1e-wereld rampen. Dan is er blijkbaar geen ruimte meer voor positieve ontwikkelingen.

En toch, misschien zou de pers wat meer aandacht moeten besteden de dingen die we in Nederland wel goed doen: we zorgen blijkbaar goed voor onze kinderen, ons land is één van de weinig landen met een AAA-rating, onze werkeloosheid is één van de laagste in Europa, onze pensioenvoorzieningen behoren bij de beste van de wereld, en zo is er misschien nog wel meer goed nieuws.

Stel dat Nederland wereldkampioen voetbal zou worden. Ik denk dat de meeste kranten dan vele pagina’s vol weten te schrijven over hoe geweldig Nederland is. En terecht. Waarin een klein land groot kan zijn! Maar het welzijn van onze kinderen is nog veel belangrijker, voor de kinderen zelf, voor hun ouders, voor hun grootouders en voor alle andere Nederlanders. Als we daarin de beste van de wereld worden, dan mag daar wat mij betreft nog wel wat meer aandacht aan gegeven worden.